Het doel van deze sessie is om de samenwerking tussen aanvallende spelers in en rond het strafschopgebied te ontwikkelen en om te werken aan de kwaliteit en de variatie van de eindpass. Het is een sessie die spelers leuk vinden, van academie leeftijd tot ervaren senior spelers.
De blauwdruk geeft coaches de mogelijkheid om te werken aan het combineren van bewegingen van aanvallende spelers, zodat ze productiever zijn voor het doel van de tegenstander, en bevat veel herhalingen en een hoog slagingspercentage, wat goed is voor het zelfvertrouwen van spelers.
Spelers werken samen bij het creëren en benutten van de beste scoringskansen, het creëren van ruimte voor zichzelf en hun teamgenoten, en het opbouwen van kennis over hoe een marker kwijt te raken.
De sleutelfactoren in deze sessie zijn goed inzicht, cohesie, snelheid, precisie en kwaliteit. We doen dit een keer per week (een dag of twee voor een competitiewedstrijd) om te werken aan aanvallend spel en om het vertrouwen van de spelers op te bouwen.
Wat moet ik de spelers laten doen?
Oefening zonder tegenstand (1a/1b)
1a
1b
In deel één werken de spelers aan beweging en een eindpass in een onbelemmerd deel van het gebied, namelijk het tweede zesmetergebied. De trainer moet erop toezien dat de bal van beide kanten goed wordt overgebracht. Als hij tevreden is over de kwaliteit van de individuele en collectieve bewegingen, de eindpass en de afwerking, gaat hij door naar de volgende fase (tegenspel).
Wat zijn de belangrijkste dingen om op te letten?
We zijn op zoek naar een goede richting, timing, snelheid van lopen, en voor spelers om te ‘observeren, beslissen, uitvoeren’ met een goed eindproduct. Hun houding moet zijn om laat en snel in dat belangrijke gebied aan te komen, met een injectie van explosiviteit, verandering van richting en tempo, en met een goede timing.
Spelers moeten een positieve houding hebben, en niet te vergeten een hoge mate van concentratie. Ja, er zal veel goed spel zijn, maar ook veel fouten, wat prima is, op voorwaarde dat de spelers zich hergroeperen en zich onmiddellijk op het volgende spel concentreren.
En het afgeven van de bal met precisie is van vitaal belang, met name in het vermijden van zowel de eerste verdediger en de keeper; dus we zijn op zoek naar hen om het gat te zien en de vrije speler te kiezen. We doen dit ongeveer 15 minuten.
Hoe maak ik vorderingen met de oefening?
Om vorderingen te maken introduceren we een, twee, drie en tenslotte vier verdedigers, zoals getoond (2). Deze aanpak verhoogt geleidelijk de moeilijkheidsgraad voor aanvallende spelers. Met ervaren professionals begin je met twee centrale verdedigers en dan introduceer je er nog twee om de achterste vier te completeren.
2
Een andere progressie in deze sessie is het introduceren van een overlappende full-back om een 5 tegen 4 situatie te creëren (3). Deze twee progressies moeten in totaal 25 minuten duren.
3
Als de verdedigers hun aandacht of interesse beginnen te verliezen, kan de coach twee kleine doelen introduceren om aan te vallen als ze balbezit krijgen, waarbij de keeper de verdedigers in deze situatie ondersteunt.
Hoe zou je dit in een spelsituatie brengen?
Voor een spelsituatie stellen we brede zones op, met in elk team twee spelers, zoals op de afbeelding (4). De startpositie voor de flankspelers ziet hen in ‘veilige zones’ op hun aanvallende helft van het veld. De brede speler kan herstellen en verdedigen tegen de vleugelspeler van de tegenpartij, maar alleen nadat een bal naar hem is gepasst. Dit zal de aanvallende speler aanmoedigen om sneller te spelen.
4
Nadat een voorzet is afgeleverd door de brede speler, kan de vleugelspeler van de andere kant meedoen aan het spel. De spelsituatie moet 30 minuten duren.