Vervolg van boven… Veel sterke bovenbeenspieren hechten zich aan het dijbeen en trekken aan het dijbeen tijdens bewegingen van het heup- en kniegewricht.
Aan het proximale uiteinde van het dijbeen bevindt zich een rond uitsteeksel dat de kop van het dijbeen wordt genoemd. De kop van het dijbeen vormt het heupgewricht met het acetabulum van het heupbeen. Het heupgewricht geeft het been een ongelooflijk bewegingsbereik en ondersteunt toch het lichaamsgewicht.
Aan het distale uiteinde van het dijbeen komen twee afgeronde condylen samen met de botten tibia en fibula van het onderbeen om het kniegewricht te vormen. De knie is een sterk maar flexibel scharniergewricht dat spieren en gewrichtsbanden gebruikt om de torsie en belasting van krachtige beenbewegingen op te vangen. Tussen het dijbeen en het scheenbeen bevindt zich de meniscus, een laag taai vezelkraakbeen die als schokdemper fungeert.
In het onderbeen draagt het scheenbeen het grootste deel van het lichaamsgewicht, terwijl het kuitbeen de evenwichtsspieren in het onderbeen en de enkel ondersteunt. De tibia vormt het flexibele enkelgewricht met de tarsale botten van de voet. Het lichaamsgewicht wordt verdeeld over de zeven voetwortelbeentjes, die lichtjes kunnen verschuiven om de stand van de enkel en de voet miniem aan te passen. De calcaneus, of hielbeen, is het grootste tarsale bot en rust op de grond als het lichaam staat.
De tarsale botten en de vijf lange middenvoetsbeentjes vormen samen de bogen van de voet. Het lichaamsgewicht dat door de voet wordt gedragen, wordt verdeeld over de bogen van de tarsale en middenvoetsbeentjes, die contact maken met de grond tijdens het staan. Net als de tarsale botten kan de stand van de middenvoetsbeentjes worden aangepast om de vorm van de voet te veranderen en het evenwicht en de houding van het lichaam te beïnvloeden.
Uit het distale uiteinde van de middenvoetsbeentjes steken de kleine vingerkootjes van de tenen. De vingerkootjes staan via lange pezen in verbinding met verschillende spieren in het been. De vingerkootjes kunnen buigen of uitsteken om de vorm van de voet te veranderen voor evenwicht, en geven de voet extra houvast tijdens het lopen.