Ik ben met Christus gekruisigd. Ik leef niet meer, maar Christus leeft in mij. En het leven dat ik nu in het vlees leef, leef ik door het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en zich voor mij heeft overgegeven. – Galaten 2:20
Galaten 2:20 is het bekendste en meest geciteerde vers in Galaten. Het is een van de grote uitspraken van de apostel Paulus opgetekend in het Nieuwe Testament. Deze mystieke uitspraak is een duidelijke uitleg van wat het betekent om christen te zijn.
Christendom is meer dan het niet onderschrijven van een doctrinaire verklaring. Het is meer dan gehoorzaamheid aan een morele gedragscode. Het is meer dan de praktijk van rituelen van aanbidding. Christendom is Christus en Christus is God. Christen zijn is een persoonlijke relatie hebben met de Heer Jezus Christus. Christendom is geloof in Christus, liefde voor Christus, en gehoorzaamheid aan Christus. Maar het is meer dan dat. Het christendom is een leven van geestelijke vereniging met Christus.
De christen deelt het persoonlijke, intieme, mystieke getuigenis van Paulus in Galaten 2:20: “Ik ben met Christus gekruisigd. Christus leeft in mij. Ik leef door het geloof in de Zoon van God.”
Wat betekent het om christen te zijn?
Ik ben gered door de dood van Christus.
Paulus zegt: “Ik ben met Christus gekruisigd.” Dit is eerst een uitspraak over Christus. Jezus werd gekruisigd. Zijn dood aan het kruis was “een struikelblok voor de Joden en dwaasheid voor de heidenen” (1 Korintiërs 1:23). Maar Jezus werd gekruisigd als een religieuze non-conformist voor de Joden of als een politieke lastpak voor de Romeinen. Christus stierf aan het kruis als onze plaatsvervanger (Jesaja 53:4-6; 2 Korinthiërs 5:21; 1 Petrus 3:18).
Jezus werd aan het kruis genageld. De aanklachten tegen Hem werden aan het kruis genageld (Johannes 19:19-22). Onze zondeschuld werd aan het kruis genageld (Kolossenzen 2:13-14). En de gelovige werd aan het kruis genageld. Het persoonlijk getuigenis van Paulus is de waarheid van iedere christen. Wij zijn met Christus gekruisigd. Dit is geen vermaning om een leven te leiden dat het kruis draagt. Het is een verklaring van de positie van de gelovige voor God in Christus. De straf voor onze zonde werd volledig betaald door het bloed van Jezus. Er zijn vele manieren om zelfmoord te plegen. Kruisiging hoort daar niet bij. Zo is het ook met de verlossing. Wij zijn gered door de dood die Christus stierf, niet door het leven dat wij leiden.
Ik ben veranderd door het leven van Christus.
Ook Paulus zegt: “Niet langer leef ik, maar Christus leeft in mij.” Als gevolg van met Christus gekruisigd te zijn, beweert Paulus dat hij niet meer leeft. Natuurlijk leefde Paulus nog om deze woorden te schrijven. Maar de “oude Paulus” was dood en verdwenen, gekruisigd met Christus. Paulus was getransformeerd van een egocentrisch leven naar een Christus-gecentreerd leven. Het was niet langer Paulus die leefde. Christus leefde nu in hem.
Deze uitspraak is een bevestiging van de opstanding van Christus: “Christus leeft.” Degene die stierf aan het kruis stond op uit de dood. Maar de opstanding van Christus is niet alleen een historisch feit. Het is een geestelijke realiteit die in iedere christen aan het werk is: “Christus leeft in mij.” Christenen beleven ons geloof niet door de navolging van Christus. Wij beleven ons geloof door de incarnatie van Christus. De essentie van het christendom is de vereniging van de gelovige met Christus. Wij leven in Hem, en Hij leeft in ons. Het christendom is niet slechts een juridische kwestie van rechtvaardiging door geloof alleen. Het is een persoonlijke ervaring van transformerende genade door de inwonende aanwezigheid van de Koning die het leven geeft.
Ik ben vrij door het werk van Christus.
Ten slotte zegt Paulus: “En het leven dat ik nu in het vlees leef, leef ik door het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en Zichzelf voor mij heeft overgegeven.” Paulus verklaarde zichzelf dood. Maar dan verklaart hij dat hij in het vlees leeft. Dit is geen tegenstrijdigheid. Het is een nieuwe realiteit. De persoon die Paulus vroeger was, leeft niet meer. Christus leeft nu in hem. Toch bleef Paulus in het vlees leven. Hij was een echt mens die in de echte wereld leefde. Maar zijn werkelijkheid was veranderd. Hij leefde nu door geloof in de Zoon van God.
Het thema van Galaten is de vrijheid van de gelovige in Christus (Galaten 5:1). Maar vrijheid is niet vrij (Galaten 5:13). Wij zijn in Christus vrij van onze gebondenheid aan schuld. Maar wij zijn niet vrij van de plicht tot gehoorzaamheid. Het verschil is dat wij niet gehoorzaam leven om goedkeuring te verdienen. Wij worden gerechtvaardigd door het geloof in het volbrachte werk van Christus. Christenen leven door geloof, niet door werken. Ons geloof is in de Zoon van God, de Here Jezus Christus. Wij zijn vrij, omdat de Zoon van God ons heeft liefgehad en Zich voor ons heeft overgegeven. Johannes 3:16 zegt ons dat God ons zo liefhad dat hij zijn enige Zoon voor ons heeft gegeven. Galaten 2:20 zegt ons dat de Zoon van God ons heeft liefgehad en zich voor ons heeft overgegeven. Degene die van ons hield, houdt nog steeds van ons. Degene die zichzelf voor ons heeft gegeven, blijft zichzelf aan ons geven. Christus, de Zoon van God, is ons geloof, toewijding, aanbidding, gehoorzaamheid en dienst waardig!
Noot van de redacteur: Dit is oorspronkelijk gepubliceerd op H.B.CharlesJr.com